mozaïeksteentjes

Het licht filtert transparant
door de regendruppels
op het zijde van STIJL
het versleten vel van de stoffen
die plotseling verschenen uit het steen van de muren
Sonja Noël praat over paardenstallen
oorspronkelijke identiteit van deze plaats
nu thuishaven voor talentvolle jongeren
Een Jeanne d’Arc in een zandgrijs donzen jack
draait zich om
schreeuwt in een etalagepop haar woede uit
We zijn vanbinnen
wat we vanbuiten zijn
De kleding absorbeert de beweging van de ademhaling
onze geheime stem
onze geuren

*

De piano in het midden
is nog steeds dezelfde
met een doek afgedekt, lethargisch
Mensen drommen samen rond de tafeltjes
en de jazz pulseert
zwarte koorts uit de boxen
terwijl het buiten schemert
Café L’Archiduc is een long
vol grijze rook, vol weggeslingerde woorden
ten aanval tegen het licht
tot Stan Brenders achter de toetsen gaat zitten
de gedistingeerde jongeman zingt
En hij is Unforgettable terwijl hij
balancerend tussen de glazen
trede per trede opklimt
tot aan de hemelpoort
onder het sjirpen van de borstels
hoog boven de trap

*

De Marcqstraat
Bij de ingang een paar trapjes
Tot bij de tafels die gedekt staan
De geur van keuken en van zweet
Bart maakt lachend een grapje
tegen een warm ingeduffelde grijsaard
Bleke gelaten, ingevallen gezichten
van de jongelui rond het biljart
Een praatje, een douche, een warme maaltijd
zijn ieders waardigheid
waar vader Daniël zich voor inzet
zowel hier als in Puerto
Muserref vertelt in het Vlaams
van een ver Turkije
verdwenen achter de gordijnen
Mensen die samen vechten
Tegen honger en ellende
Niet zwichten voor wie het leven verminkt

*

Daken
het een naast het ander
van het dakterras van de parkeergarage
hoog en zwart
of schoorstenen en vlakke terrassen
met mosgroen bedekt
zwartroodgroengrijsbruin
Van op de Philipstoren
het Brouckèreplein
een touw van witte lakens
hangt in de wind
als een strop

*

Galerie Greta Meert
De Vaartstraat
De dame is aardig
heeft Italiaans geleerd in Viareggio
John Baldessari: een Hollywoodset op foto
Koen van den Broek schildert eroverheen
in felle tinten
de bonte staart van een pauw
wijzers, penselen, halsslagaders, kantoorinterieurs
Het schilderij op de foto
Haar hyperbool
Haar offer
opgericht tegen de witte muren
in de trage middag
Geen enkele stem
Barsten in de vloer

*

Vanaf de straat is het niet zichtbaar
Je moet in het donker naar boven
het onbekende tegemoet
(wie weet hoe oud zou ik nu zijn
als ik daar was of lag te slapen
languit in de groene weide
uit The Devils van Ken Russell)
De deur gaat open
zacht licht glijdt over de muren
druppelsgewijs
Boven
arcimboldert1 Thorsten Brickmann zich
in neobarokke vormen
heraldiek van de fries-zonder-gezicht
Elisa Platteau komt me op de trap tegemoet
elegant in blauw opgevrolijkt door het blond
Dan groeit er op haar nagels koraal
als de glimlach van een wond

*

De muurschildering van Lucky Luke
De Washuisstraat
Schurk op de vlucht
met het geld van de buit
De nieuwe flatgebouwen
Gazen scheidingswanden
Oude afbraakpanden
Waar is de zin
Waar het verstand

*

Zijn linkerachterpoot in de lucht
pist de bastaard op de kasseien
de Kartuizerstraat
Zinneke, een van ons
Wie weet waar vandaan
Wie weet waarheen gegaan

*

Institut Pacheco
Zwarte diadeem van vogels
in de dakgoten
De lucht grijs
We gaan naar binnen
De hal
glasramen
De woeste stilte van de tuin
Een blinde schaduw achter ons

*

Foto van weleer:
de obelisk met de fontein
op het lege plein
Vandaag
bij de Sint-Gorikshallen
vloeit het water uit de muil van een leeuw
tafeltjes en bankjes eromheen
op een groene namaakweide
Uitnodigende muziek
Weinig publiek
het licht valt van boven
samen met de regen
op je hoofd
Mijn tong doet zeer
van elk bijwoord
was ik maar nooit geboren

*

Vuilnissculpturen op de straat
Het onkruid groeit in bosjes tussen de stenen
Hiertegenover worden pralines gemaakt
De Ooievaarstraat
namen op de deuren: Kolajaj, De Greef, Becquart
Een smal steegje (maar niet doodlopend)
Overhangend gebladerte
Voorbij de bocht
in de stilte
de stem van de liefde
Hoor je ze?

*

Keien en algen
transparant
op de bodem
De binnenplaats van de Gulden Leeuw, 1622
ze komen in horden het klooster uit
Water en brood
Wat heeft deze wereld meer nodig?

1 Neologisme gebaseerd op de naam van de Italiaanse maniëristische schilder Giuseppe Arcimboldo (1527-1593).

Vertaald uit het Italiaans door Sandra Verhulst

de dichter

Scotto

Fabio Scotto (1959) publiceerde sinds zijn poëziedebuut in 1988 acht bundels en verscheidene kunstenaarsboeken. Hij is ook de vertaler van een dertigtal literaire werken, waaronder Chatterton van Alfred de Vigny, Notre-Dame de Paris van Victor Hugo, Les premières poésies van Villiers de l'Isle-Adam, zes boeken van Bernard Noël en tien boeken van Yves Bonnefoy. In 2006 ontving Fabio Scotto de speciale prijs van de jury van de Premio Europeo. Recente poëziepublicaties zijn L'intoccabile (2004), Le corps du sable (2006) en Bocca segreta (2008).

Scotto werd geboren in La Spezia en woont nu in de Noord-Italiaanse stad Varese. Hij doceert Franse taal- en letterkunde in Bergamo en Milaan en is een specialist van de poëzie van Bernard Noël en Yves Bonnefoy. Daarnaast schreef hij verschillende artikels over Tardieu, Michon, Michaux, Cendrars, Ponge, Frénaud en Cioran.

Capture D’Écran 2019 04 04 À 12 03 04